8 april 2025

Inspiratie uit het Hoge Noorden

Eind maart brachten drieëntwintig collega’s van diverse Dunamare-scholen, de Dunamare Academie en het Bestuurs- en Servicebureau een bezoek aan Finland. Het doel? Uitgebreid kennismaken met het Finse onderwijs in de regio Helsinki. Het was een intensieve maar leerzame trip waar leren met én van elkaar centraal stond. Wat vonden de deelnemers van het Finse onderwijsmodel? Wat kunnen wij leren en wat nemen zij mee uit ons onderwijssysteem? We vragen het aan vier collega's. Marijke Wessels: “De Finnen waren onder de indruk van de manier waarop Nederland praktijkonderwijs structureert en verbindt met het werkveld.” 

Wat is het grootste verschil tussen het Finse en Nederlandse onderwijsmodel?

Martine Elsinga, afdelingsleider bovenbouw mavo op het Vellesan College, steekt van wal: "In Finland ligt de nadruk sterk op vertrouwen in de professionaliteit van de leraar en op het welzijn van de leerling. Er wordt relatief weinig getoetst en docenten hebben veel ruimte om hun lesinhoud en didactiek zelf in te richten. De schooldagen zijn korter, pauzes zijn langer en er is veel aandacht voor een gebalanceerde mix tussen cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling. In Nederland ligt de nadruk doorgaans meer op meetbare resultaten en is er een hogere frequentie van toetsen. Veel scholen hebben duidelijk omlijnde leerdoelen en methodes, met minder ruimte voor eigen invulling door de docent."

Dat zijn interessante ontdekkingen. Waar kunnen wij van leren?

Marieke van den Vlekkert, Beleidsadviseur Onderwijs en Kwaliteit op het Bestuurs- en Servicebureau: "De keuzevrijheid in de bovenbouw en het flexibele aanbod van examens in het voor- en najaar is erg mooi. Zo'n soort flexibilisering is in Nederland een al langer bestaande wens. Daarnaast is er, zoals Martine aangeeft, veel vertrouwen in de school, de schoolleiding en de docenten. Docenten ervaren een grote autonomie en kunnen echt spelen met hun onderwijsaanbod door accenten te leggen in het curriculum. Tegelijkertijd is er binnen de districten, waar het onderwijs en de scholen georganiseerd worden, ook voldoende aanbod om mét elkaar te leren. In 2 districten die wij bezochten werden bijvoorbeeld gezamenlijke ontwikkeldagen georganiseerd. In één district zagen we dat de lokale overheid had besloten meer bovenbouwonderwijs aan te bieden, om zo meer kinderen uit het district te verleiden naar de universiteit te gaan. In Nederland zijn we afhankelijk van concurrentie, ons toezicht (onderwijsinspectie) en subsidies. Dit zijn niet direct zaken die morgen of volgende week ons onderwijs veranderen, maar het werkt inspirerend. Het versterkt mijn wens om te staan voor de dingen die wij belangrijk vinden en hier ruimte voor vragen." Marijke Wessels, teamleider op de PSU, vult aan: "Voor het Nederlandse onderwijs in het algemeen zou het wel goed zijn om, net als het Finse onderwijs, minder gericht te zijn op toetsen. Door meer in te zetten op het samenstellen van een portfolio of praktijkgerichte opdrachten zullen de Nederlandse leerlingen ook minder schoolstress en werkdruk ervaren. Dat is een absolute noodzaak. Nu draait alles om cijfers, terwijl een portfolio en praktijkgerichte opdrachten ook kunnen aantonen of een leerling de leerdoelen heeft behaald. In het praktijkonderwijs lopen we hiermee al wel voorop in het Nederlandse onderwijs." De deelnemers noemen ook de sfeer, waar wij lering uit kunnen trekken. Marijke: "Het Finse onderwijs hecht veel waarde aan het welzijn van leerlingen. Zo krijgen ze allemaal een gezonde warme maaltijd die vers bereid is en wordt er bewust tijd gemaakt voor rustmomenten. Dat gun ik Nederlandse kinderen ook."

En wat nemen de Finnen mee uit ons onderwijs?

Marijke Wessels vervolgt: "De Finnen waren onder de indruk van de manier waarop Nederland praktijkonderwijs structureert en verbindt met het werkveld. In Nederland is er vaak meer maatwerk mogelijk in de begeleiding van leerlingen met leerachterstanden. De rector van Tupiola Upper Secondary School Espoo Finland, Juha-Pekka Peltola, gaf aan open te staan voor een uitwisseling met leerlingen. Ze hoopt bij een bezoek aan onze school ook meer te zien van de ‘zes rollen van de leraar’; een model waar wij mee werken. In veel Finse klassen wordt er soms nog frontaal klassikaal lesgegeven en zijn diverse rollen van de docent weinig zichtbaar."

Wat willen jullie op je eigen school toepassen na dit bezoek?

Lisa Admiraal, trajectbegeleider op het Ichthus Lyceum, heeft daar wel ideeën over: "In Finland is het minder inclusief dan ik had verwacht. Dat heeft me aan het denken gezet. Ik wil graag in gesprek met de schoolleiding en het samenwerkingsverband over inclusief onderwijs. Dit heeft op onze school de volle aandacht en ik ben benieuwd waar we al mee aan de slag kunnen gaan met als doel om onze school nog inclusiever te maken de komende jaren." Martine Elsinga vult aan." Binnen het Vellesan College willen we nog meer inzetten op gedeelde verantwoordelijkheid en professionele vrijheid. Door samen met collega’s heldere doelen te stellen, maar ook elkaars expertise te benutten, ontstaat er een cultuur van wederzijds vertrouwen en leerruimte. Zo kunnen we met kleine, stapsgewijze veranderingen een aantal sterke elementen uit het Finse onderwijs integreren binnen ons eigen systeem."