“Al gauw wist ik: het onderwijs is helemaal mijn ding”
Medisch bioloog Linda Visser was jarenlang researchmedewerker op het Academisch Medisch Centrum (AMC). Daar deed ze onderzoek op de afdeling bacteriologie. Inmiddels werkt ze al ruim twintig jaar op Het Schoter als docent. Op deze Haarlemse school is ze gestart als zij-instromer en nog steeds geeft ze met heel veel plezier biologie aan leerlingen. Henk Post, lid van het College van Bestuur van Dunamare onderwijs, gaat met haar in gesprek. Een verhaal over passie, onderwijs en nieuwe kansen.
Henk: Waarom heb je voor het onderwijs gekozen?
Linda: “In de tijd dat ik biologie studeerde, zeiden mensen: je wordt geen docent als je universitair opgeleid bent. Maar het onderwijs heeft mij juist altijd heel erg getrokken. Ik heb gewerkt in het Academisch Medisch Centrum (AMC) als medisch bioloog op de afdeling bacteriologie, maar toen ik kinderen kreeg besloot ik een stapje terug te doen. Toen de derde een jaar was wilde ik weer starten met betaald werk, maar niet terug in het researchwerk. Ik hoefde niet zozeer meer de ratrace van het wetenschappelijke onderzoek in. Het is een spannende, maar pittige wereld. In de krant las ik een advertentie van het Ministerie van Onderwijs, ze zochten universitair geschoolden. De opleiding werd betaald en binnen anderhalf jaar moest je het afronden. Ik was wel al een tijdje uit de biologie maar kreeg een baan als invaldocent bij het Eerste Christelijk Lyceum (ECL) in Haarlem aangeboden: een buitenkans!”
Was je met name geïnteresseerd in het vak biologie of meer in het lesgeven?
“Het lesgeven vind ik ontzettend leuk. Ik werkte vanaf mijn veertiende al met ukkiepukkies in het zwembad, en heb training gegeven aan synchroonzwemmers, bij de Watertrappers in Haarlem. Na het lezen van de advertentie dacht ik al gauw: waarom niet, het onderwijs?! Ik heb het rustig opgebouwd en alle aantekeningen bewaard voor de tweede helft van het jaar. Natuurlijk was het wennen om voor de klas te staan, maar al gauw wist ik: dit is helemaal mijn ding.”
Wat is het voordeel wat jij als zij-instromer had?
“Als medisch bioloog heb ik veel kennis opgedaan. Kennis en ervaring die ik nog steeds meeneem in mijn baan in het onderwijs. Als researchmedewerker heb ik onderzoek gedaan naar de bacterie die hersenvliesontsteking veroorzaakt. We hebben antistoffen bepaald bij mensen uit Ghana, en hieruit bleek dat het vaccineren van zwangere vrouwen meerwaarde zou kunnen hebben. Op het ECL ben ik toentertijd begonnen met een les over het verschil tussen virussen en bacteriën. Ik heb een actief practicum gegeven en kreeg alle pubers lekker aan de gang. Je moet het wel leuk maken, he? Het beeld van het onderwijs is niet altijd positief en dat is jammer. Want ik vind het juist de mooiste baan die er is!”
Je praat vol passie over het vak.
“De combinatie om praktisch aan de slag te gaan en kennis over te brengen vind ik dus zo leuk. Biologie ontwikkelt continu en het biologieonderwijs (en ik dus ook) ontwikkelt mee. Dagelijks wordt het belang van de biologie, de leer van het leven, onder de aandacht gebracht. Dat komt doordat maatschappelijke vraagstukken steeds meer gaan over voeding en voedselzekerheid, gezondheid, duurzaamheid, energie en veiligheid. Er zijn nog zoveel uitdagingen voor de toekomst!”
Ik hoor een dijk aan kennis en ervaring. Zijn er lessen die je met anderen wil delen?
“Je kunt wel uit een boek lesgeven, maar dan ben je als docent in principe geen meerwaarde. Ik werk inmiddels al jaren op Het Schoter en krijg hier veel vrijheid. Ik probeer mijn lessen meestal interessant te maken en af te stemmen op de behoefte. Wat bij de een werkt, werkt namelijk niet bij de ander; er zijn veel verschillende leerstijlen. Sommige kinderen werken meer vanuit de ervaring. Dan start ik bijvoorbeeld gelijk met een practicum en kijk gewoon wat er gebeurt in de les. Ik sta dan met een bot van een skelet in de hand, ze mogen roepen wat ze weten. Dat veroorzaakt een hoop herrie en chaos, maar het werkt! Of ik lees een leuk artikel uit de krant, en maak er een les omheen. Dat werkt doorgaans heel erg goed en het houdt de les voor jezelf ook leuk trouwens. Biologie is bij uitstek een doe-vak!”
Wat vind jij, Linda… moeten we de brede ontwikkeling van een docent stimuleren?
“Ik wil mezelf altijd blijven ontwikkelen. Zo ben ik sectie- en afdelingsleider geweest, was ik betrokken bij de Commissie Vernieuwing Biologie Onderwijs (CVBO), heb ik meegewerkt aan de huidige syllabus voor havo en vwo en zit ik nu in de Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van Dunamare (GMR). Dat soort dingen zoek ik op, want daar leer ik heel veel van. Ik werk ook als vakexpert biologie op Saga Driehuis, eveneens een Dunamare-school. Daar maak ik nu challenges en schoolexamens, met leuke praktische opdrachten. Het is zo belangrijk dat de leerlingen lol krijgen in het leren, gemotiveerd zijn en plezier hebben op school. Dat geldt overigens ook voor de eindexamenperiode.”
Interessant. Hoe zie jij dat?
“Door de schoolexamens op een andere manier in te richten, gaat het leerplezier ook naar boven in de eindexamenperiode. In de tijd van corona hadden we drie tijdsvakken, dat geeft rust. Ik pleit ervoor om de druk van die eindexamenperiode te halen en niet alles in het eerste tijdvak te willen proppen. Het liefste zou ik zien dat leerlingen gespreid en op maat eindexamen kunnen doen. Dus in januari alvast dingen afronden, in plaats van die drukke periode in het voorjaar. Door hier wat flexibeler mee om te gaan, kun je wat mij betreft het beste uit de leerling halen.”
Wij delen de passie voor het onderwijs. Volgens mij is die na twintig jaar nog steeds volop aanwezig!
“Je vak doorgeven is leuk, maar als je de leerlingen écht meekrijgt, is dat prachtig. Wat mij betreft kunnen we nog meer samenwerken met lerarenopleidingen en het hbo zodat we niet alleen het beste uit de leerling, maar ook uit de vakdocenten halen. Ik herinner me een kaartje van een leerling dat ik ooit kreeg na een les: ‘Mevrouw Visser u geeft zulke leuke lessen, ik wens u een fijne vakantie.’ Dat is onbetaalbaar.”